Heer Montague liet Alyss wachten voor meer dan een uur voor hij haar ontving.
Halt en Alyss wachten in de voorkamer van Montagues kantoor. Halt stond aan de zijkant, hangend op zijn boog. Montague was lomp, dacht hij. Als koerier op een officiële reis zou Alyss begroet moeten worden zonder te wachten. Duidelijk bekend met haar leeftijd, probeerde de heer van Kasteel Cobram zijn gezag te tonen door haar te behandelen als een dagelijkse koerier.
Hij keek goedkeurend naar hoe het meisje zat, met een rechte en gestrekte rug, in een van de harde stoelen in de voorkamer. Ze zag er kalm en onbezorgd uit, ondanks de belediging die haar werd aangedaan. Ze had zich een aantal kilometer van het kasteel omgekleed van haar rijkleding naar een elegante witte jurk, de kledij van een koerier. De bronzen laurier pin, het symbool van haar autoriteit, werd gebruikt voor het vastzetten van een korte blauwe cape op haar rechter schouder.
Voor zijn eigen tenue had Halt zijn bekende groen gevlekte mantel opgevouwen op de pommel van Abalard’s zadel laten liggen. Zijn boog en pijlenkoker had hij daarentegen wel gehouden, hij gaat nooit ergens naar toe zonder deze.
Alyss keek naar hem op en hij knikte, bijna onmerkbaar, naar haar. Laat hem je niet boos maken. Ze gaf een knikje terug, ter bevestiging van de boodschap. Haar handen, welke samengeknepen in vuisten op haar knieën lagen, ontspanden langzaam nadat ze een aantal diepe ademteugen nam.
Deze meid is heel goed, dacht Halt.
Montague’s assistent was duidelijk geïnformeerd door zijn heer. Na Alyss dwingend naar de stoel te hebben gewuifd en Halt te laten staan, had hij zich druk gemaakt met papierwerk en hen genegeerd. Een aantal keer was hij het kantoor binnen gelopen en uiteindelijk, na het horen van een kleine bel vanuit het kantoor, keek hij op en begeleidde hen naar binnen.
“Jullie mogen naar binnen”, zei hij ongeïnteresseerd. Alyss fronste een beetje. Het protocol voor een koerier stelde dat zij aangekondigd moesten worden, maar deze man had duidelijk geen intentie om dit te doen. Ze stond gracieus op en liep naar de deur, met Halt achter haar aan. De assistente kwam daardoor wel in beweging. “Jij mag hier wachten, boer” zei hij onbeschoft. Zonder zijn mantel was er weinig verschil tussen Halt en een vrije boer. Hij was gekleed in een simpele bruine broek, zachte leren schoenen en een groen tuniek. Zijn dubbele schede was de assistente ontschoten. Of hij had niet door wat dit eigenlijk betekende.
“Hij hoort bij mij” zei Alyss. Haar duidelijke toon van autoriteit stopte de assistent in zijn acties. Hij twijfelde, stond toen op vanachter zijn bureau en stapte naar Halt.
“Oke, maar de boog kan je bij mij laten” zei hij, met wat meer twijfel dan waarmee hij hen daarvoor had genegeerd. Hij hield zijn hand uit om de boog aan te pakken, maar keek daarna in Halt’s ogen. Hij zag iets heel, heel angstaanjagends in die ogen en hij rilde ongemerkt.
“Oke, oke, hou maar bij je als het moet.” mompelde hij. Hij zette een stap achteruit, een beetje betwijfeld, om snel weer achter zijn veilige bureau te gaan zitten. Halt opende de deur voor Alyss en volgde haar daarna het kantoor in.
Heer Montague van Cobram zat aan een grote eiken tafel die fungeerde als een bureau. Hij was een brief aan het bestuderen en keek niet op terwijl Alyss aan kwam lopen. Halt was er zeker van dat de brief waarschijnlijk totaal niet belangrijk was. De man hield van het spelen van domme denkspelletjes, dacht hij.
Maar Alyss was hier tegen opgewassen, ze stapte naar voren en pakte een zware rol perkament uit haar mouw en sloeg hiermee kort op de tafel van Montague. Hij keek op in verschrikking. Halt verborg een glimlach.
“Alyss Mainwaring, heer Montague, koerier van Kasteel Redmont. Mijn legitimatie”
Montague was niet alleen lomp, dacht Halt. Hij was ook nog eens een modegek. Zijn satijnen wambuis was gevormd in afwisselende delen van scharlakenrood en goud.
Zijn roodblonde haar zat in te lange krullen en omlijstte een ietwat mollig gezicht met licht uitpuilende blauwe ogen en een licht uitstekende mond.
Hij was niet bovengemiddeld lang, maar waarschijnlijk wel bovengemiddeld zwaar. Hij zat op de rand van knap, dacht Halt, als hij een paar kilo zou afvallen, maar de man hield duidelijk van goed eten. Hij herstelde zich snel van zijn moment van verrassing en leunde terug in zijn stoel, en nam een lome, enigszins afkeurende toon aan.
“Goeie genade meisje, je kan niet zomaar binnen komen en je legitimatie op mijn bureau gooien!” “Leren ze je geen goed gedrag op Kasteel Redmont?”
Hij keek geïrriteerd naar de rol perkament en schoof het opzij.
“Ze leren de protocollen, Heer Montague” zei Alyss monotoon. “En dit dicteert dat u mijn legitimatie bekijkt en beoordeeld voor we verder gaan.”
“Ja, ja, ja,” zei Montague, al wuivend met zijn hand naar de rol. “Neem het aan als gelezen… Nou, meisje, wat brengt je hier?”
Halt onderbrak hem zachtjes, “De juiste manier van aanspreken, Heer Montague, is ‘Vrouwe Alyss.’”
Montague keek Halt verbaasd aan, alsof hij hem initieel had weggezet als iemand die niet kon spreken.
“Is dat zo, boer?” zei hij. “En wat zou jouw naam zijn?”
Alyss wilde wat zeggen maar een waarschuwende blik van Halt stopte haar. Hij antwoordde met hetzelfde volume: ”Sommige mensen noemen mij Arratay, heer Montague.” Het is Gallisch” voegde hij nog even toe.
Montague haalde zijn wenkbrauw op in een gespeelde verbaasdheid. “Gallisch zei je? Hoe exotisch! Nou meneer Arratay, misschien zou je het spreken over kunnen laten aan mij en meisje Alyss, als je dat uitkomt?“
Halt trok zijn schouders op en Montague nam dat aan als een bevestiging.
“Geweldig.” Dan, Halt negerend, keek hij weer terug naar Alyss. “Dus, schat, wat heb je voor mij? Een brief misschien? Een brief van die dikke Baron Arald, wat ik moet lezen?”
Er kwamen twee kleine plekken op de wangen van Alyss, het enige waarmee de woede, die van binnen opbouwde door de arrogante manier van spreken, zichtbaar was. Ze pakte Nigel’s zware linnen envelop van haar heuptas en legde deze op het bureau neer.
“Ik heb een officiële juridische positie, opgesteld onder het zegel van Baron Arald. Hij verzoekt u het te bestuderen.”
Montague deed geen aanstalte de brief aan te nemen.
“Leg maar neer, ik kijk er later wel naar als ik tijd heb.”
“De Baron heeft verzocht dat u er nu naar kijkt, heer. En uw antwoord aan mij door geeft.”
Montague rolde met zijn ogen en pakte de envelop aan. “Oke, prima, als dat je blij maakt.” Hij sneed de envelop open en haalde er een vel perkament uit, scannend keek hij er door heen al mompelend, “Ja… Ja… gezien… eerder gehoord… slaat nergens op… onzin.”
Hij legde de pagina neer en schoof het van hem af terwijl hij met zijn hoofd schudde.
“Wanneer gaan jullie het nu eens leren? Je kan brieven blijven schrijven zoveel je wilt. Het feit blijft dat Cobram een onafhankelijk kasteel is, met geen verplichting aan het Leen Redmont. Het verdrag maakt dat toch erg helder.”
“Ik heb de opdracht om uw attentie te wijzen op de items drie en vijf van de brief, heer. En zo ook paragraaf negen. Deze maken het duidelijk dat de woorden van het verdrag misplaatst zijn en uw claim van onafhankelijkheid volledig vals is.” Antwoordde Alyss. En nu, voor de eerste keer, gaf Montague zijn hoogmoedig vertoon prijs. Hij stond boos op.
“Vals!” riep hij. “Vals? Wie mag jij in hemelsnaam zijn, een klein meisje in een volwassen jurk, en je komt hier om mij te beledigen en te zeggen dat mijn claim vals is? Hoe durf je?!”
Alyss bleef staan, onbewogen door zijn spontane uitbarsting
“Ik herhaal, heer, u wordt verzocht om deze punten te lezen”, zei Alyss zachtjes. Inplaats van deze te lezen gooide Montague de brief op het bureau tussen hen.
“En ik weiger!” Riep hij. Toen werden zijn ogen smal. “Ik weet wie hier achter zit. Ik zie de hand van dat geniepige zuur gezicht Vrouwe Pauline!”
Nu was het Alyss haar woede die opstak. “U zal respectvol praten over Vrouwe Pauline, heer!” Waarschuwde ze hem. Maar Montague was te kwaad om te stoppen.
“Ik zal kwaad over haar spreken, ik zal het je allemaal vertellen. Ze is een vrouw die zich bemoeid met een mannen wereld, waar geen plek is voor haar. Ze had jaren geleden een man moeten zoeken en een lading schreeuwende kinderen op de wereld moeten zetten. Er is vast een dove en half blinde man ergens die haar wel had aangenomen.”
“Heer!” zei Alyss, haar eigen stem nu ook harder. “U gaat te ver!”
“Is dat zo, schatje?” zei Montague sarcastisch. “Nou, laat me je een advies geven, ga weg van die zure geniepige heks nu je nog kan. Zoek een man en leer koken. Dat is alles waar een vrouw goed voor is meid. Koken en het opvoeden van kinderen!”
Halt stapte naar voren voor Alyss kon antwoorden. “De juist vorm van aanspreken” herhaalde hij zachtjes, “is niet ‘meisje’, of ‘schatje’.‘Het is ‘Vrouwe Ayss’. U zal respectvol zijn naar de lauriers broche die de koeriers dienst draagt. En u zult ook respect hebben voor Vrouwe Pauline.”
Voor een moment was Montague te verbaasd om te reageren. Eerste een meisje en nu een boer die hem vertelde hoe hij zich moest gedragen.
“Oh is dat zo?” schreeuwde hij. “Ik zal je respect laten zien!” Hij pakte de brief en scheurde deze door. En daarna deed hij hetzelfde met de rol van Alyss haar legitimatie. “Daar is mijn respect! En nu wegwezen!”
Heel voorzichtig zette Halt zijn boog opzij, tegen een stoel. Alyss stak waarschuwend haar hand op.
“Halt, breng je niet in de problemen voor mij” zei ze. Maar Halt keek haar aan en schudde zijn hoofd.
“Vrouwe Alyss, deze… kleding maniak… heeft jou, je baron, je mentor en het Diplomatieke Korps in zijn volledigheid beledigd. Hij heeft de lauriers broche die je draagt genegeerd. En door het vernietigen van je legitimatie, heeft hij een misdaad gepleegd welke een celstraf bevat.”
Alyss dacht na over zijn woorden voor een seconde of twee. Waarna ze knikte. Montague had haar meer dan beledigd. Zijn gedrag was verre van acceptabel geweest.
“Je hebt gelijk,” zei ze. “Ga verder.”
Maar Montague had niks meer gehoord na dat Alyss “Halt” bij naam had genoemd. Het hele koninkrijk wist van de reputatie van de legendarische Jager. En de Heer van Cobram trok wit weg en stapte achteruit toen de grimmige jager zijn kant op liep.
“Maar… Je zei… Je zei dat je naam…” Hij kon er zo snel niet op komen. Halt lacht naar hem, het was de lach van een wolf.
“Arratay was? Ja, nouja, om het correct te zeggen, Arretez. Het is Gallisch voor ‘Halt’. Mijn uitspraak is nooit zo goed geweest.”
Zijn hand schoot naar voren en greep zich vast in de rood en gouden kraag van de man zijn wambuis. Het satijn scheurde een beetje maar toen had Halt een nog stevigere grip op de tegenstribbelende heer. Hij trok hem zo over de tafel naar zich toe.
Montague was langer en zwaarder dan Halt. Maar Halt’s handen, armen, schouders en rug waren getraind van de jaren schieten met zijn zware boog, met een trekkracht van meer dan 80 pond. De duizenden pijlen die hij had geschoten, opnieuw en opnieuw, hadden zijn spieren van ijzer gemaakt. Montague werd over zijn eigen bureau heen getrokken.
“De vraag is” zei Halt, kijken naar Alyss. “Wat gaan we met hem doen?” Ze twijfelde, maar kreeg toen een glimlach op haar lippen.
“Ik vraag mij af,” zei ze. “Heeft dit kasteel een slotgracht?”
Een groep dienaren was druk bezig de wc-emmers in de slotgracht te legen toen zij ineens een gegil hoorden van boven. Ze keken net optijd op om een in rood en goud gekleed figuur uit het raam vande eerste verdieping te zien vliegen, één keer over de kop te zien gaan en toen met een eenorme plons in het donkere, smerige water te landen. Ze haalden hun schouders op en gingen terug aan het werk.
“Ik denk dat ik wel in de problemen zit” zei Halt toen ze terug naar huis aan het rijden waren. Alyss keek hem aan, hij leek geen greintje van berouw te tonen.
“Daar twijfel ik over” zei ze. “Wanneer de mensen mijn rapport horen zullen ze waarschijnlijk denken dat Montague er nog gemakkelijk vanaf is gekomen. Want uitspraken als ‘dikke baron Arald’, en ‘geniepige zuur gezicht Vrouwe Pauline’ zullen Baron Arald en Vrouwe Pauline nu niet bevallen. En hij heeft uiteindelijk zijn paraaf gezet over het ontvangen van de brief. Als koerier van deze missie, dank ik je voor je hulp.”
Hij boog in zijn zadel. “Het was mij een waar genoegen met je te mogen werken” zei hij, en ze reden in een rustige stilte voor een tijdje.
“Ik verwacht dat je binnenkort met het leger samen vertrekt?” Zei ze na een paar minuten, waarna Halt knikt en zei verder ging: “Ik zal je missen. Hoe zal ik ooit mijn diplomatieke missies nog doen zonder iemand die vervelende edelen uit het raam kan gooien.
“Ik ga jou ook missen.” lachte Halt. En hij realiseerde zich dat hij het ook echt meende. Hij hield er van in de omgeving van jonge mensen te zijn – hij hield van hun energie, frisse blik en idealen. “Je bent een goede invloed op een oude, grijze, slecht gehumeurde jager.”
“Je hebt Will binnenkort terug om je bezig te houden” zei ze. “Je mist hem erg, of niet?”
De Jager knikte, “Meer dan ik mij realiseerde” zei hij. Alyss versnelde haar paard om naast hem te gaan rijden en gaf hem een kus op zijn wang.
“Deze is voor Will wanneer je hem weer ziet.” En een snelle grijns ging over het gezicht van Halt.
“Je begrijpt dat ik deze niet persoonlijk door gag geven?” zei hij. En Alyss lachte en leunde nogmaals naar hem toe om hem een kus te geven. “En deze is voor jou, oude, grijze, slecht gehumeurde jager”.
Een beetje verrast door haar eigen impulsiviteit versnelde ze haar paard om voor hem uit te komen. Halt raakte met een hand zijn wang aan en keek naar de slanke blonde figuur voor hem.
Als ik nou twintig jaar jong was geweest, dacht hij bij zichzelf.
Daarna zuchtte hij en moest hij eerlijk zijn met zichzelf. Maak dat maar dertig, dacht hij.
Dit is een fan vertaling vanuit de Engelse boeken omdat deze niet in het Nederlands is uitgegeven.